Column: Gelukkiger met ‘goede daden’?
‘Elke dag een goede daad’ klinkt de leuze al decennia lang bij de Scouts. Een oude dame de straat over helpen, een bloem geven, een deur openhouden, in het openbaar vervoer jouw zitplaats afstaan, een complimentje geven, … Dit idee werd tot een positieve psychologie interventie omgevormd en aan effectenstudies onderworpen. Worden we gelukkiger als we goede daden verrichten?
>> Deze rubriek verschijnt elk kwartaal in het Tijdschrift Positieve Psychologie en is gratis te downloaden op www.ProfessioneelBegeleiden.nl. Deze column over gelukkig samenleven verscheen in de mei-uitgave van 2021. <<
‘Goede daden’ (random acts of kindness) is een van de meest klassieke positieve psychologie interventies. De instructie luidt als volgt: “We doen allemaal in ons dagelijks leven wel eens iets aardigs voor een ander. Dit kan iets groots of kleins zijn, en de persoon voor wie we dat doen hoeft niet noodzakelijkerwijs weet te hebben van je goedheid. Voorbeelden zijn de parkeermeter voor een ander bijvullen, bloed doneren, een vriend helpen met huiswerk, een ouder familielid bezoeken, iemand een dankbrief schrijven. Wij vragen je de komende weken vijf goede daden te verrichten. Je kunt goed zijn voor meer dan één persoon, de begunstigde hoeft niet te weten wat je hebt gedaan en de daad hoeft niet noodzakelijkerwijs hierboven beschreven te staan. Verricht geen goede daden waarmee je jezelf of anderen in gevaar brengt” (Lyubomirsky, Tkach, & Sheldon, 2004).
Zowel Lyubomirsky en collega's (2005) als Tkach (2006) vonden significante geluksverhogende effecten van deze eenvoudige interventie. Otake en collega's (2006) brengen er nog een extra element in, door de opdracht te geven om dagelijks het aantal ‘random acts of kindness’ schriftelijk bij te houden. Alleen dit extra element bleek ook met een extra significante geluksverhoging gepaard te gaan.
In Lyubomirsky (2008) wordt er een poging tot verklaring vermeld: in een vervolgonderzoek werd ook gemeten in welke mate de recipiënt van de goede daad degene die de goede daad verricht bedankt. Deze mate van ervaren dankbaarheid bleek met de stijging in geluksniveau samen te gaan. Een ‘dankjewel’ voor jouw daad maakt jou dus extra gelukkig.
Vrijgevig is vrij hebberig
Dunn en collega's (2008) stelden in beschrijvend onderzoek vast dat geluk sterk correleert met de mate waarin mensen hun inkomen spenderen aan geschenken aan anderen en goede doelen (‘prosociale’ uitgaven). Omdat causale verbanden alleen maar onomstotelijk vastgesteld kunnen worden in experimenteel onderzoek, ontwierpen zij hieromtrent een prachtige effectenstudie. Participanten kregen een kleine geldsom en op toevalsbasis kregen ze ofwel de opdracht om deze som aan zichzelf te spenderen of om dit aan anderen uit te geven. Het resultaat was dat geld geven aan anderen beduidend meer geluk bleek te promoten dan geld spenderen aan zichzelf. Een beetje uitdagend stelt dit onderzoek: “Wil je dat geld jou gelukkig maakt? Spendeer het dan aan anderen.”
Als je een goede daad stelt, is dit dus niet alleen goed voor de ontvanger maar ook voor jezelf. In de Harvard-cursus positieve psychologie stelt de docent Tal Ben-Shahar (2009) dit met de volgende boutade: “There is no more selfish act than a generous act” – geen daad is zelfzuchtiger dan een daad van vrijgevigheid.
Hein Zegers is klinisch psycholoog en de eerste positieve psycholoog van België. Hij heeft een psychotherapie-praktijk en is onder meer auteur van het boek WelzijnsWetenschap. www.HeinZegers.com