maandag 06 december 2021

Ockhamvraag: Wat is bevlogenheid?

Het is de ultieme droom van menig leidinggevende: een team vol bevlogen werknemers. Maar wat is nu precies een bevlogen werknemer? Dat is de Ockhamvraag die we hier wetenschappelijk proberen te beantwoorden, zo eenvoudig mogelijk maar niet eenvoudiger dan dat: wat is ‘bevlogenheid’?
 


Deze rubriek verschijnt elk kwartaal in het Tijdschrift Positieve Psychologie en is gratis down te loaden op www.ProfessioneelBegeleiden.nl. Deze column over bevlogenheid verscheen in de 2018 decemberuitgave van TPP.


De wereldspecialisten rond bevlogenheid zijn werkzaam in Nederland en Vlaanderen: professor Wilmar Schaufeli en professor Arnold Bakker. Schaufeli inviteerde ik als keynotespreker en ontmoette ik op de Europese Conferentie voor Positieve Psychologie in Budapest. Hiervoor was dus toch een beetje ‘bevlogenheid’ nodig – zo’n 800 vliegmijlen. Alle gekheid op een stokje, hoe meet je bevlogenheid echt?

Test
Voor vele psychologische constructen bestaan er wetenschappelijk gevalideerde vragenlijsten om metingen te verrichten. Voor ‘bevlogenheid’ is de UWES-vragenlijst (Utrecht Work Engagement Scale) het meest wijdverbreid, met versies in meer dan 30 talen. Daarbij luidt de definitie van bevlogenheid: “Een positieve, affectief-cognitieve toestand van opperste voldoening die gekenmerkt wordt door vitaliteit, toewijding en absorptie” (Schaufeli & Bakker, 2001).

Tegenpool
Hiermee schaart ‘bevlogenheid’ zich in een traditie die kenmerkend is in de geschiedenis van de positieve psychologie. Seligman vertrok van ‘aangeleerde hulpeloosheid’ en ontwierp het tegenliggende construct ‘aangeleerd optimisme’; de DSM uit de psychiatrie kreeg de ‘VIA Sterktes’ als tegenpool; tegenover ‘posttraumatische stress’ ontdekte de positieve psychologie het verschijnsel ‘posttraumatische groei’. Iets gelijkaardigs deden Schaufeli en collega’s (2002) met het concept ‘burn-out’. De tegenpool daarvan noemden ze ‘bevlogenheid’. En net zoals geluk iets anders is dan de afwezigheid van ongeluk, blijkt bevlogenheid iets anders dan de afwezigheid van burn-out.

Om de UWES-vragenlijst te ontwerpen, vertrokken Schaufeli en Bakker van de meest populaire burn-outvragenlijst (MBI, Maslach & Jackson, 1981). Hiervoor zochten ze vervolgens een passend spiegelbeeld dat toch op zichzelf staat. Zo kwamen ze uiteindelijk tot de drie elementen die kenmerkend blijken voor bevlogenheid: 1. vitaliteit (‘op mijn werk bruis ik van energie’), 2. toewijding (‘ik vind het werk dat ik doe nuttig en zinvol’) en 3. absorptie (‘als ik aan het werk ben, dan vliegt de tijd voorbij’).

Hoge Vlucht
Het onderzoeksveld rond bevlogenheid is inmiddels sterk ontwikkeld. Professor Schaufeli heeft de kaap van zijn vijfhonderdste gepubliceerde artikel bereikt. Google Scholar levert inmiddels meer dan 3 miljoen links naar wetenschappelijke artikels over bevlogenheid. Bevlogenheid heeft snel vleugels gekregen. Best wel knap voor een construct dat ontwikkeld werd in de Lage Landen...

Hein Zegers is de eerste positieve psycholoog van België. Wereldwijd onderzoekt hij eenvoud, welzijn en zin. www.HeinZegers.com  

Referenties

  • Maslach, C., & Jackson, S.E. (1981). The measurement of experienced burnout. Journal of Occupational Behavior, 2, 99-113. 
  • Schaufeli, W., & Bakker, A. (2001). Werk en welbevinden: Naar een positieve benadering in de arbeids- en gezondheidspsychologie. Gedrag & Organisatie, 5, 229-253.
  • Schaufeli, W., Salanova, M., González-Romá, V., & Bakker, A.B (2002). The measurement of engagement and burnout: A two sample confirmatory factor analytic approach. Journal of Happiness Studies, 3,71-92.

 

Over de auteur: Hein Zegers


    Uw internetbrowser is verouderd.

    Voor een goede weergave is een recente versie van uw browser vereist.